top of page
  • Lambregts & Robben

Goederenvervoer bij uitvoer - Onderaanneming

Een nieuwe circulaire van 27/10/2021 (2021/C/96) bepaalt dat vervoerdiensten die rechtstreeks verband houden met de uitvoer van goederen buiten de Europese Unie, niet langer vrijgesteld zijn van BTW indien zij verricht worden door een onderaannemer. De inwerkingtreding was voorzien voor 01/01/2022 maar inmiddels uitgesteld tot 01/04/2021.

Het is algemeen geweten dat uitvoer van goederen vrijgesteld is van BTW. Ook de diensten die rechtstreeks verband houden met deze uitvoer zijn vrijgesteld. Denk hierbij aan alle logistieke diensten zoals transport maar ook opslag, laden en lossen van goederen.

Echter, de vervoerdiensten die worden uitgevoerd door een onderaannemer zijn niet langer vrijgesteld en dienen te worden gefactureerd met BTW-regeling.

De oorsprong van deze wijziging ligt in een Europees arrest waarbij bepaald werd dat de vrijstelling van vervoerdiensten enkel van kracht is indien de dienst aan ofwel de uitvoerder, ofwel de ontvanger wordt verricht. Dit kan bij uitbreiding ook de eigenaar, de huurder, de ontlener of de maakloonwerker van de uit te voeren goederen zijn. Ook de persoon die goederen wederuitvoert die door hem zijn hersteld of in consignatie genomen, kan nog op deze vrijstelling rekenen.

Voorbeeld

Indien een Belgische vennootschap goederen uitvoert naar Turkije en hiervoor beroep doet op een Belgische transporteur, zal de transporteur aan de Belgische vennootschap zonder BTW factureren. De goederen zijn namelijk bestemd voor uitvoer, en dus ook de samenhangende vervoerdiensten.

Echter, indien de transporteur beroep doet op een onderaannemer is deze dienst niet langer vrijgesteld van BTW. De onderaannemer zal dus met Belgische BTW factureren aan de transporteur. De regel blijft dan dat de plaats van de dienst voor BTW daar is waar de klant is gevestigd, België dus. Het factuur van de Belgische transporteur aan de Belgische vennootschap blijft vrijgesteld van BTW.

Indien de onderaannemer een Nederlandse vennootschap is, blijft de situatie min of meer gelijk. Deze dienst blijft onderworpen aan BTW maar men kan gebruik maken van de verleggingsregeling.

Praktisch

Deze nieuwe interpretatie van de BTW-wetgeving dwingt elke onderneming die actief is in de sector, na te gaan onder welke voorwaarden zij haar diensten verricht en wat de implicaties zijn op het vlak van BTW. Uiteraard dient hierop het factureringsproces aangepast te worden.

Andere diensten dan vervoerdiensten van goederen bestemd voor uitvoer, zoals laden, lossen, wegen, opslaan, …, zijn geen onderwerp van deze wijziging. Deze diensten kunnen nog steeds gefactureerd worden zonder BTW, ook indien ze door een onderaannemer worden uitgevoerd. Hetzelfde geldt voor alle diensten met betrekking tot invoer. Deze zijn evenmin beoogd in deze circulaire.

Graag vestigen we nog uw aandacht op het feit dat alle transport van goederen naar het Verenigd Koninkrijk, sinds Brexit, eveneens onderworpen zijn aan deze regelgeving.

Tot slot, de inwerkingtreding die oorspronkelijk was voorzien op 01/01/2022 is in overleg met de sector (voorlopig) uitgesteld tot 01/04/2022.


bottom of page